‘Samen sterk voor meer inclusie’: dat is waar SWV PO de Meierij voor gaat én waar Theo, Miriam en Frank in geloven. Werken vanuit een inclusieve mindset vraagt om een nauwe samenwerking. Niet alleen binnen het onderwijs, maar ook met partners zoals jeugdhulp. Dat draagt bij aan vroegsignalering en preventie. Een gezamenlijke visie en een goede relatie zijn belangrijk. En: doen wat werkt! Miriam, Theo en Frank vertellen er meer over.
Miriam de Werd is beleidsmedewerker bij GGD Hart voor Brabant. Het is geen verrassing dat juist zij aan tafel zit. GGD Hart voor Brabant is een van de kernpartners voor het samenwerkingsverband. “We vormen een goede schakel tussen onderwijs en zorg. Onze jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen hebben wekelijks contact met de wijkcontactpersonen van ondersteuningseenheid Midden in ’s-Hertogenbosch. Als zij twijfelen of ze met onderwijsgerelateerde problematiek te maken hebben of met een zorgvraag, kijken wij mee. Is dit onderwijs, is dit zorg en vooral: hoe kunnen we samen optrekken. Onze jeugdartsen maken brede analyses waarin zij alle aspecten meenemen, van medische tot sociale. Een kind kan alleen tot leren komen als de context klopt. Door enkel naar de onderwijskant of de zorgvraag te kijken, laat je het kind niet tot zijn recht komen. Daarom is de aansluiting zo essentieel. Als het duo jeugdarts en wijkcontactpersoon goed samenwerkt, hebben scholen, kinderen en hun ouders daar veel profijt van.”
Dé plek om te signaleren
Als beleidsmedewerker bij samenwerkingsverband PO de Meierij kent ook Theo Brands als geen ander het belang van de verbinding tussen onderwijs en zorg. “Wij zeggen altijd dat de school de vindplaats is. Daarmee bedoelen we dat de school, de peuterspeelzaal of de voorschoolse opvang de plek is waar kinderen op vaste momenten in de week zijn en tijd doorbrengen. Daar vinden de ontmoetingen met ouders plaats. Daardoor is het ook dé plek om iets te signaleren. Die signaleringen op bijvoorbeeld het gebied van ontwikkeling of gedrag, helpen ons om daadwerkelijk de verbinding tussen onderwijs en zorg goed te maken en preventief te werken.”
Ondersteuningsmanager Midden bij samenwerkingsverband PO de Meierij Frank Willems knikt bevestigend. “Het gaat erom dat we de verbinding tussen het onderwijs en de zorg mooier en beter maken. Om het kind dat te bieden wat het nodig heeft, moeten we die verbinding versterken. Dat doen we door met onze partners projecten en pilots op te zetten in het kader van preventie en vroegsignalering. Die laten goede resultaten zien.”
Het belang van handelingsgericht werken
Frank benadrukt dat naast preventie en vroegsignalering het handelingsgericht werken belangrijk is. “We moeten verder kijken dan het onderzoek of de diagnose en insteken op de brede context. Het gaat om dit kind, met deze ouders, in deze klas en met deze leerkracht.” Ook Miriam legt uit hoe ze steeds vaker kijken naar het handelingsgericht werken en hoe ze elkaar daar kunnen vinden. “We geven leerkrachten bijvoorbeeld tips over hoe zij om kunnen gaan met dát kind in de klas. Of we geven ouders handvatten over hoe zij thuis met hun kind om kunnen gaan. Natuurlijk heb je soms een diagnose nodig, maar het gaat echt om de ondersteuning die je kinderen, ouders en school geeft.”
Frank noemt de rol die het dyslexieteam heeft als poortwachter een goed voorbeeld. “Dyslexie valt onder de verantwoordelijkheid van gemeenten. In onze regio hebben zij de regiefunctie aan het samenwerkingsverband gegeven, omdat wij de expertise in huis hebben. Onderwijs en zorg vinden elkaar in het feit dat dyslexie bij jeugdhulp hoort, maar natuurlijk ook alles te maken heeft met onderwijs. Wat wij willen, is scholen versterken en bekijken wat zij nodig hebben. Het gaat verder dan de screening, het onderzoek en de diagnose. Onze schoolondersteuners trekken samen met de school, het kind en de leerkracht op om te bekijken wat zij nodig hebben om het lees- en taalonderwijs goed vorm te geven.”
Elkaar kennen en ‘schotten doorbreken’
Theo vult aan dat er niet altijd veel specialisten in beeld hoeven te komen om ouders of school te helpen. In ’s-Hertogenbosch deden zes scholen/kindcentra ervaring op met vroegtijdig, laagdrempelig en nabij aansluiten bij ondersteuningsvragen van kinderen en gezinnen, om zo escalatie en inzet van zwaardere hulp te voorkomen. “In de proeftuin ‘Geïntegreerde aanpak onderwijs en basisondersteuning jeugdverpleegkundigen en schoolmaatschappelijk werk’ zien we dat het echt meerwaarde heeft als de jeugdverpleegkundige en/of schoolmaatschappelijk werker en ouders elkaar kennen. De essentie van dit project is dat de jeugdverpleegkundige en/of schoolmaatschappelijk werker fysiek aanwezig en zichtbaar is in de school, peuterspeelzaal of op de voorschoolse opvang. We willen dat ouders hun zorg kunnen delen met iemand die ze kennen. Als iemand die ze vertrouwen nabij is, delen ouders eerder die zorg. En kunnen wij vervolgens samen die zorg wegnemen en kijken wat de juiste handelingsgerichte aanpak is. Op deze manier werk je écht aan vroegsignalering.”
Een project dat ook bijdraagt aan vroegsignalering is ‘De Vliegende Brigade’. Het gaat om een multidisciplinair team dat laagdrempelige ondersteuning biedt aan kind, ouders, school of kinderopvang. Frank vertelt dat het in dit project gaat om kinderen in de leeftijd van twee tot vier jaar. De specialisten van de ‘vliegende brigade’ zetten hun specialisme in voor consultatie, observatie en diagnostiek en voor de toeleiding naar (kortdurende) behandeling. Ook beantwoorden zij vragen die pedagogisch medewerkers hebben op het gebied van ontwikkeling, gedrag en pedagogisch handelen. “We proberen op die manier ‘schotten te doorbreken’. In dit voorbeeld doorbreken we het figuurlijke schot tussen de voorschoolse opvang en het basisonderwijs. Als je preventief wilt werken, moet je er zo vroeg mogelijk bij zijn. Als je de signalen oppikt vóórdat een kind naar de basisschool gaat, kun je zorgen dat het kind al vroegtijdig hulp en ondersteuning krijgt. De jeugdverpleegkundige van de GGD heeft hierin een spilfunctie en daarom zie je ook hier de samenwerking met onze partners zo goed terug.”
Miriam weet precies te benoemen waarom die rol zo goed bij de GGD past. “Jonge kinderen komen natuurlijk regulier nog vaak naar het consultatiebureau. Wij zien daardoor veel kinderen en kunnen heel makkelijk monitoren. We houden bijvoorbeeld ook de spraak- en taalontwikkeling van kinderen in de gaten. Die spilfunctie past daar goed bij.”
Krachtige samenwerking
Aan het einde van ons interview blikt Theo terug op de projecten en pilots in het kader van vroegsignalering en preventie. “We hadden ze nodig om duidelijk te maken dat je onderwijs en zorg met elkaar in verbinding moet brengen, omdat het niet twee gescheiden werelden zijn.” Waarop Frank een waardevolle aanvulling geeft. “De kern van het verhaal is, dat je een gezamenlijke visie moet hebben. Dat je samen oprecht vindt, dat je met elkaar handelingsgericht moet kijken wat goed is voor kinderen. De kracht van onze samenwerking ligt in de afstemming en wisselwerking die we daarin met elkaar hebben.”
Wil je meer lezen over ‘het samenwerkingsverband als netwerkorganisatie om te komen tot inclusief onderwijs: partners voor inclusie’? Bekijk dan een van de onderstaande pagina’s:
Samenwerkingsverband als netwerkorganisatie om te komen tot inclusief onderwijs: partners voor inclusie (thema 4)
In het nieuwe ondersteuningsplan van Samenwerkingsverband PO de Meierij staan vier thema’s centraal. ‘Het samenwerkingsverband als netwerkorganisatie om te komen tot inclusief onderwijs: partners voor inclusie’ is één van de thema’s.
De kern van dit thema: we geven onderwijs en zorg samen vorm, door nauwe (fysieke) samenwerking met (onderwijs)partners, jeugdhulp, voorschoolse voorzieningen en voortgezet onderwijs. Zo zorgen we voor vroegsignalering, preventie en een doorgaande ontwikkelingslijn.
In bovenstaand interview vertellen Theo Brands, Miriam de Werd en Frank Willems meer over dit thema. De komende tijd delen we meer verhalen uit de praktijk. Volg ons via LinkedIn om op de hoogte te blijven!